Vanggewas na mais
U teelt een vanggewas nadat u mais heeft geteeld op zand- en lössgrond. Hiervoor gelden uiterlijke zaaidatums. Deze zorgen ervoor dat het vanggewas tijd heeft om te groeien. Zo kan het genoeg overgebleven stikstof uit de grond opnemen.
3 weken uitstel voor inzaaien vanggewas na mais
Alle landbouwers in Nederland krijgen 3 weken uitstel voor het inzaaien van hun vanggewas na mais. De uiterlijke inzaaidatum verschuift van 1 oktober naar 21 oktober.
De reden van het uitstel is het natte weer van het afgelopen jaar. Op veel plekken is de mais nog niet rijp genoeg om te oogsten. Ook is de structuur van de bodem soms beschadigd. Dit komt door het oogsten, zaaien en/of poten op natte grond.
Door het uitstel kan uw mais langer rijpen. En u krijgt de kans om te werken aan het herstel van de bodem. U zaait het vanggewas maximaal 7 dagen na de oogst van de mais in.
U geeft de inzaaiperiode door in de Gecombineerde opgave. Heeft u eerder al een inzaaidatum ingevuld? Controleer dan of deze nog klopt. Dit kan vanaf 15 oktober. Vanaf dat moment kunt u ook uw GLB-subsidies aanvragen.
De informatie op deze pagina is aangepast voor de situatie in 2024. Het uitstel zegt niets over de regels voor de komende jaren.
Hoe vanggewas zaaien
U mag op 3 manieren uw vanggewas na mais zaaien:
- Door onderzaai. U teelt het vanggewas dan tussen de rijen mais. Zo kunnen de wortels van het gewas de bodem doorwortelen.
- Door direct nadat u de mais geoogst heeft een vanggewas in te zaaien.
- Door na de oogst van snijmais wintergraan te telen. Dit gebruikt u als hoofdteelt in het volgende jaar.
In alle situaties is goede landbouwpraktijk het uitgangspunt.
Waar vanggewas zaaien
U teelt een vanggewas nadat u mais heeft geteeld op zand- en lössgrond in heel Nederland.
Heeft u percelen met bufferstroken? De bufferstrook telt mee als landbouwgrond. Ook hier teelt u een vanggewas.
Teelt u mais op klei- of veengrond in een NV-gebied? En heeft u een derogatievergunning? Kijk dan op Vanggewas na mais op klei- en veengrond in NV-gebieden welke regels er voor u gelden.
Wanneer vanggewas uiterlijk zaaien
Er zijn verschillende uiterlijke datums om uw vanggewas te zaaien. De datum hangt af van de maissoort die u teelt en hoe u uw vanggewas teelt. Voor snijmais zijn andere regels dan voor andere soorten mais. Onder andere soorten mais vallen: korrelmais, suikermais, Corn Cob Mix, Maiskolvensilage of biologisch geteelde (snij)mais.
In de tabellen hieronder leest u per maïssoort wanneer u uiterlijk het vanggewas teelt en welk vanggewas u mag zaaien.
U teelt een vanggewas: | door onderzaai | direct na de oogst | als hoofdteelt |
Wanneer uiterlijk zaaien | 21 oktober (geen uiterste oogstdatum) |
21 oktober | 31 oktober |
Welk gewas zaaien | Bladkool Bladrammenas Gras Japanse haver Triticale Winterrogge Wintertarwe Wintergerst |
Bladkool Bladrammenas Gras Japanse haver Triticale Winterrogge Wintertarwe Wintergerst |
Spelt Triticale Winterrogge Wintertarwe Wintergerst |
U teelt een vanggewas: | door onderzaai | direct na de oogst | direct na de oogst | als hoofdteelt (niet direct na de oogst) |
Wanneer uiterlijk zaaien | 21 oktober (geen uiterste oogstdatum) |
21 oktober | 31 oktober | 31 oktober |
Welk gewas zaaien | Bladkool Bladrammenas Gras Japanse haver Spelt Triticale Winterrogge Wintertarwe Wintergerst |
Bladkool Bladrammenas Gras Japanse haver Spelt Triticale Winterrogge Wintertarwe Wintergerst |
Spelt Triticale Winterrogge Wintertarwe Wintergerst |
Spelt Triticale Winterrogge Wintertarwe Wintergerst |
Mengsel als vanggewas
U mag een mengsel van verschillende gewassen als vanggewas telen. Het mengsel bestaat dan wel voor minimaal twee derde uit een of meer vanggewassen uit de tabellen hierboven. Voorwaarde is dat het ingezaaide mengsel in het najaar tot ontwikkeling komt.
Wanneer vanggewas als hoofdteelt
Soms is het verplicht om uw vanggewas als hoofdteelt te gebruiken voor het volgende jaar. U doet dit als u vanaf 22 oktober, maar uiterlijk 31 oktober:
- een vanggewas teelt na snijmais, of;
- een andere maissoort oogst en het vanggewas niet direct daarna kunt zaaien.
Vanggewas aan ons doorgeven
U geeft uw vanggewas door in de Gecombineerde opgave op Mijn RVO. In 2024 kunt u vanaf 15 oktober aanpassingen doen. Bij het maisperceel geeft u uw vanggewas op als nateelt. Dit doet u voor alle vanggewassen die u zaait. Ook vult u in of u uiterlijk op 21 oktober of na 21 oktober gaat inzaaien. Doorgeven kan tot en met 2 december. Dan sluit de Gecombineerde opgave.
Waarom zaaidatum invullen
Aan de zaaidatum zien wij of uw vanggewas na snijmais hoofdteelt is voor volgend jaar. Haalt u de ingevulde zaaidatum niet? U hoeft de nieuwe datum alleen door te geven als u op of na 22 oktober gaat zaaien. Doorgeven kan tot en met 2 december.
Vanggewas vernietigen vanaf 1 februari
U laat uw vanggewas in ieder geval staan tot en met 31 januari. Het maakt niet uit of u het vanggewas als onderzaai of direct na de oogst heeft gezaaid. Vanaf 1 februari mag u het vernietigen. Heeft u gekozen voor een vanggewas als hoofdteelt, dan mag u het niet vernietigen. U oogst het dan later in het jaar als hoofdteelt.
Gras als vanggewas
Heeft u gekozen voor gras als vanggewas? En gebruikt u dit als veevoer door het te maaien of beweiden? Dan voldoet het aan de definitie van grasland. Laat u het gras staan van 15 april tot en met 15 oktober? Dan rekent u met de stikstofgebruiksnorm voor tijdelijk grasland. De normen staan in Tabel 2 op Tabellen mest. Voor NV-gebieden is dit Tabel 2G-1 of Tabel 2G-2. U geeft dan tijdelijk grasland met gewascode 266 door in de Gecombineerde opgave op Mijn RVO.
Wilt u het vanggewas gras na 1 februari vervangen door een ander gewas? Dan houdt u zich aan de regels voor Grasland scheuren. Als u het gras niet als veevoer gebruikt, hoeft u zich niet aan deze regels te houden.
Waarom vanggewas na mais?
Gewassen hebben stikstof en fosfaat nodig. Deze stoffen komen in de bodem en het water terecht als het gewas ze niet genoeg opneemt. Maisteelt op zand- en lössgrond heeft een groot risico voor uitspoeling, vooral voor stikstof. Er blijft veel stikstof in de bodem achter, wat nadelige gevolgen kan hebben voor het milieu.
Na de oogst van mais op zand- en lössgrond moet u een vanggewas telen. Dit is om stikstofuitspoeling te voorkomen. Hier zijn uiterlijke zaaidatums voor. Deze zijn er om te zorgen dat de maïs eerder geoogst wordt. Daardoor krijgt het vanggewas nog genoeg warmte en zonlicht om zich te ontwikkelen. Zo kan het de uitspoeling van stikstof beter tegengaan.
Controle en handhaving
De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) en wij controleren en handhaven op de regels voor grondgebruik. Als de NVWA of wij een overtreding zien, kan dit gevolgen hebben. Bijvoorbeeld voor uw subsidies, uw gebruiksruimte of uw derogatievergunning. Lees meer over de kortingen op Conditionaliteiten GLB 2024.
Veelgestelde vragen
Wilt u meer weten? Wij hebben voor u de veelgestelde vragen over vanggewas na mais verzameld.
Goede landbouwpraktijk betekent dat een vanggewas zich genoeg kan ontwikkelen. Het is belangrijk dat het vanggewas rond 1 november de bodem bedekt. Om te zorgen dat het vanggewas zich genoeg kan ontwikkelen, zijn goede omstandigheden belangrijk.
Met goede landbouwpraktijk bedoelen we het volgende:
- U kiest voor onderzaai of teelt direct na de oogst van de mais een vanggewas. U houdt daarbij rekening met de uiterlijke datums om een vanggewas te zaaien.
- De volgende punten hangen af van het gewas dat u inzaait. Bij goede landbouwpraktijk hoort dat u daar genoeg kennis over heeft.
- U zaait genoeg zaad.
- U gebruikt zaad van goede kwaliteit.
- U zaait met de juiste apparatuur. Zo komt het zaad op de juiste diepte terecht en is het gelijkmatig verdeeld over het perceel.
- Bij onderzaai zaait u het gewas op tijd, zodat het genoeg tijd heeft om te groeien. Wanneer dat precies is, hangt af van het vanggewas dat u teelt. U verzorgt het gewas goed om veel onkruid te voorkomen. Het vanggewas mag niet overwoekerd worden door onkruid.
- Na de oogst van de mais zorgt u voor een goede situatie om het vanggewas te laten ontkiemen.
Ja, dat mag. U mag de wintergranen oogsten als de korrel deegrijp is. Oogsten als GPS kan dus, zolang de korrel maar deegrijp is.
Waar het nodig is, kunt u de bodem open trekken met bijvoorbeeld een graslandwoeler. Houd er rekening mee dat de onderzaai niet kapotgereden of -getrokken wordt.
Ja, u mag binnen uw landbouwbedrijf uw eigen gras uitrijden op uw maisland. Gaat het om mais op zand of löss? Dan moet u daarna een vanggewas zaaien. Ook als u gras uitrijdt na de oogst. Op die manier kan de stikstof en fosfaat die na de groei van de mais nog in de bodem zitten, opgenomen worden door het vanggewas.
- Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur