Eco-activiteiten 2023

Met het zaaien van grasklaver hoeft u minder of geen kunstmest te gebruiken. Vanaf 1 april tot 1 juli staat op het perceel minimaal 25% gras en minimaal 25% klaver. Uw perceel is zichtbaar bedekt en u verdeelt het gras en klaver gelijkmatig over het perceel.

Grasland met kruiden zorgt voor een diepere doorworteling en een betere bodemstructuur. En voor diversiteit in ruwvoer. Van 1 juni tot 1 oktober:

• staan er op het perceel minimaal 25% kruiden en vlinderbloemige gewassen (ingezaaid of spontane opkomst);
• en minimaal 25% gras.

Voor grasstroken tussen fruitbomen geldt ook dat:

• er op minimaal één van de 3 stroken grasland met kruiden staat;
• of dat er op elke strook op minimaal 30% grasland met kruiden staat;

Uw perceel is zichtbaar bedekt en u verdeelt het gras, de kruiden en vlinderbloemige gewassen gelijkmatig over het perceel.

Doet u mee met het ANLb? Lees welk pakket samengaat met deze activiteit in de cumulatietabel op Samenhang tussen conditionaliteiten, ANLb en eco-regeling.

In het document Gewascodes en gewassen eco-activiteiten leest u welke gewassen meetellen voor deze eco-activiteit. En welke grassen, kruiden en vlinderbloemige gewassen uit de lijst Stikstofbindend gewas.

Met langjarig grasland bouwt u organische stof in de bodem op. Dit is goed voor de bodemstructuur. U heeft blijvend grasland van 1 januari tot en met 31 december. Uw perceel is zichtbaar bedekt en vanaf 1 januari 2023 ploegt u het land niet. De grond licht bewerken mag wel als de bedekking zichtbaar blijft. U mag alleen pleksgewijs op maximaal 10% van het perceel gewasbeschermingsmiddelen of biociden gebruiken. Doet u deze activiteit op ecologisch kwetsbaar grasland? Dan krijgt u de punten wel, maar de waarde niet. Lees hier meer over op Samenhang tussen conditionaliteiten, ANLb en eco-regeling.

Door de teelt van meerjarige gewassen geeft u uw bodem meer rust, meer organische stof en een betere bodemstructuur.

U heeft minimaal 2 jaar op rij een meerjarig gewas als hoofdteelt op het perceel. In de tussentijd mag u daar geen ander gewas op telen en u mag het gewas niet onderwerken. Het gewas moet in de winter blijven staan. Uw perceel is zichtbaar bedekt. Deze activiteit telt pas vanaf het 2e jaar mee voor de eco-regeling. In 2023 betekent dit dat de teelt kan meetellen als die teelt in 2022 ook al de hoofdteelt was.

In het document Gewascodes en gewassen eco-activiteiten leest u welke gewassen meetellen voor deze eco-activiteit.

Met natte teelt zorgt u voor minder CO2-uitstoot en meer biodiversiteit. Natte teelt is geschikt voor gebieden met een hoge grondwaterstand, zoals veengebieden.

Uw perceel is zichtbaar bedekt en u oogst minstens één keer per jaar. De teelt moet op grond staan die tussen 2015 en 2022 in gebruik was als landbouwgrond.

In het document Gewascodes en gewassen eco-activiteiten leest u welke gewassen meetellen voor deze eco-activiteit.

Door de teelt van een rustgewas verbetert u de bodemstructuur. Het zorgt voor meer organische stof en vocht in uw bodem en minder gewasziektes.

U teelt een rustgewas op perceelsniveau in een rotatie van minimaal 1 op 3. Dit betekent dat u minstens één keer in de 3 jaar een rustgewas als hoofdteelt heeft op het perceel. De telling gaat in 2023 in. In de praktijk betekent dit dat we pas vanaf 2026 kijken of er vanaf 2023 een rustgewas op het perceel stond. Tot die tijd kan elk perceel met rustgewas meetellen. Uw perceel is zichtbaar bedekt en u mag oogsten, maaien of beweiden.

Wilt u met uw gewassen alvast rekening houden met de rotatie vanaf 2026? Dan kiest u een gewas uit de Rustgewassen vanaf 2023.

Wilt u een gewas kiezen dat vanaf 2023 meetelt voor deze eco-activiteit? Dan kiest u een gewas uit het document Gewascodes en gewassen eco-activiteiten.

U teelt een eiwitgewas voor een vruchtbare bodem, meer stikstofopname en een betere biodiversiteit.

Een mengsel van stikstofbindende gewassen is toegestaan. Een mengsel van een stikstofbindend gewas met andere gewassen is niet toegestaan. Behalve met graan als het stikstofbindende gewas meer dan 50% is. Uw perceel is zichtbaar bedekt. 

Gebruikt u het stikstofbindende gewas om te voldoen aan de verplichting om 4% van uw bouwland niet-productief te laten? Dan krijgt u voor deze eco-activiteit wel de punten, maar niet de waarde. Lees meer over de 4% eis op Alles over 4% niet-productief. 

In het document Gewascodes en gewassen eco-activiteiten leest u welke gewassen meetellen voor deze eco-activiteit.

Met strokenteelt bedoelen we dat u verschillende gewassen naast elkaar teelt op smalle stroken grond. Vaak zijn deze stroken 3 meter breed, of een veelvoud daarvan. Bijvoorbeeld 6, 12 of 24 meter. U teelt één gewas per strook.

Doel van de eco-activiteit Strokenteelt
U teelt uw gewassen in stroken voor meer biodiversiteit en u gebruikt minder gewasbeschermingsmiddelen.

Voorwaarden eco-activiteit Strokenteelt
U houdt zich aan de volgende voorwaarden:

• U teelt minimaal 5 gewassen als hoofdteelt op uw perceel landbouwgrond.
• Van die 5 hoofdteelten zijn minimaal 2 productieve gewassen en één rustgewas.
• U doet dit in minimaal 5 stroken van 3 tot 27 meter breed.
• U past strokenteelt toe op bouwland of blijvende teelt. U kunt blijvend grasland niet inzetten als strook. Stroken met struiken en bomen of een houtwal zijn wel toegestaan.

Voor de eco-activiteit Strokenteelt zijn geen specifieke gewascodes bepaald. Zet u gewassen in voor de productie? Dan zien we dit als een productief gewas. Voor het rustgewas kiest u een toegestaan rustgewas van de lijst met rustgewassen van de eco-activiteit Rustgewas.

In het document Gewascodes en gewassen eco-activiteiten leest u welke gewassen meetellen.

Strokenteelt registreren

Kiest u strokenteelt op uw percelen? Dan is het belangrijk dat u dit op de goede manier registreert. Meer informatie leest u op Strokenteelt registreren. Ook vindt u hier voorbeelden terug wat wij wel of niet als strokenteelt zien.



 

U teelt een vezelgewas voor een vruchtbare bodem en een betere biodiversiteit. Uw perceel is zichtbaar bedekt. Teelt u hennep? Lees meer over de voorwaarden voor hennep.

In het document Gewascodes en gewassen eco-activiteiten leest u welke gewassen meetellen voor deze eco-activiteit.

Door uw rooigewas vroeg te oogsten kunt u uw bodem beter bewerken met minder structuurbederf. Dit zorgt ook voor een goede periode en geschikte grond om een vanggewas in te zaaien. Uw perceel is zichtbaar bedekt en u oogst het gewas uiterlijk 31 augustus. U moet het gewas en de gewasresten uiterlijk 31 augustus afvoeren of onderwerken.

In het document Gewascodes en gewassen eco-activiteiten leest u welke gewassen meetellen voor deze eco-activiteit.

Door uw rooigewas vroeg te oogsten kunt u uw bodem beter bewerken met minder structuurbederf. Uw perceel is zichtbaar bedekt en u oogst het gewas uiterlijk 31 oktober.

In het document Gewascodes en gewassen eco-activiteiten leest u welke gewassen meetellen voor deze eco-activiteit.

Met het bedekt houden van uw percelen verhoogt u het organisch stofgehalte en verbetert de bodemkwaliteit.

U houdt uw perceel van 1 januari tot 1 maart voor minimaal 80% zichtbaar bedekt. Dit doet u met het vanggewas of groenbemester die u laat staan van 2022. U mag alleen pleksgewijs op maximaal 10% van het perceel gewasbeschermingsmiddelen of biociden gebruiken. U werkt het vanggewas onder met machines voor de hoofdteelt. U mag het vanggewas voor het onderwerken niet doodspuiten of branden.

In het document Gewascodes en gewassen eco-activiteiten leest u welke gewassen meetellen voor deze eco-activiteit.

Bij de teelt van uw hoofdgewas zaait u het vanggewas. Door onderzaaien kunnen uw vanggewassen zich beter ontwikkelen. Direct na de oogst van de hoofdteelt is uw perceel zichtbaar bedekt met het vanggewas. Dit vanggewas is een ander gewas dan de hoofdteelt. U laat het vanggewas tot minimaal 1 december staan. En het perceel is minimaal 80% zichtbaar bedekt. U mag geen chemische gewasbeschermingsmiddelen gebruiken na de oogst van het hoofdgewas.

In het document Gewascodes en gewassen eco-activiteiten leest u welke gewassen meetellen voor deze eco-activiteit.

Door biologische bestrijding beschermt u het milieu. U doet op contractbasis aan biologische bestrijding met de steriele insectentechniek tegen de uienvlieg. Of u gebruikt de feromoonverwarring tegen de fruitmot, pruimenmot, bessenglasvlinder, vruchtbladroller, leverkleurige bladroller, grote appelbladroller of de heggebladroller.

U bewaart het contract, de factuur en het betaalbewijs minimaal 5 jaar in uw administratie. In het contract staat minimaal:

• uw naam
• de GPS coördinaten van het perceel
• wat u denkt dat de grootte is van het perceel met de biologische bestrijding
• de naam van de leverancier
• de hoeveelheid geleverde biologische bestrijding
• de prijs

In het document Gewascodes en gewassen eco-activiteiten leest u welke gewassen meetellen voor deze eco-activiteit.

Door koeien te laten weiden zorgt u voor minder ammoniakemissie. Ook verbetert u de kwaliteit van het landschap.

Melkvee of melkkoeien zijn koeien die minimaal één keer hebben gekalfd. En die worden gehouden voor de productie van melk of andere melkproducten voor mensen.

Startdatum van 1 mei naar 1 juni 

Uw melkkoeien weiden per dag minimaal 6 uur in de periode 1 mei tot en met 30 september. Door de natte weersomstandigheden heeft de Minister besloten deze startdatum van 1 mei met een maand uit te stellen tot 1 juni 2023. De startdatum van 1 mei vervalt dus. Deelnemers van de eco-activiteiten weidegang zijn nu verplicht hun melkvee vanaf 1 juni te weiden.

Dieren mogen binnen gehouden worden als ze ziek zijn, droog staan of maximaal 14 dagen geleden hebben afgekalfd. Is de verwachte Temperatuur Relatieve luchtvochtigheid (THI) 68 of meer? Dan mag u de koeien overdag binnen houden. Wat de verwachte THI is? Dat leest u op Hittestress Check & Advies.

U houdt een weidekalender bij. Daar zet u van te voren in op welke datum en tijdstip u uw koeien gaat weiden. Kan uw melkvee vrij uitlopen? Dan is maximaal 25% van uw melkvee tijdens de opgeschreven weide-uren in de stal. U bewaart de kalender minimaal 5 jaar. Deze activiteit geldt voor al uw grasland, behalve de bufferstroken die u gebruikt voor de activiteit bufferstroken met kruiden. Deze bufferstroken tellen niet mee omdat ze niet beweid mogen worden. U tekent deze als apart perceel in.

Controle op weidegang

Vanaf 2024 besteedt RVO de controle op weidegang uit aan een externe partij. Zij zullen zorgen voor een certificerings- en controlesysteem. En hebben ook het contact met de melkveehouder over deze eco-activiteit. U kunt de certificering en controle ook uitvoeren met uw bedrijf. In 2024 kunt u zich aanmelden voor de controle in 2025.

Door koeien te laten weiden zorgt u voor minder ammoniakemissie. Ook verbetert u de kwaliteit van het landschap.

Melkvee of melkkoeien zijn koeien die minimaal één keer hebben gekalfd. En die worden gehouden voor de productie van melk of andere melkproducten voor mensen.

Startdatum van 1 mei naar 1 juni 

Uw melkkoeien weiden per dag minimaal 16 uur in de periode 1 mei tot en met 30 september. Door de natte weersomstandigheden heeft de Minister besloten deze startdatum van 1 mei met een maand uit te stellen tot 1 juni 2023. De startdatum van 1 mei vervalt dus. Deelnemers van de eco-activiteiten weidegang zijn nu verplicht hun melkvee vanaf 1 juni te weiden.

Dieren mogen binnen gehouden worden als ze ziek zijn, droog staan of maximaal 14 dagen geleden hebben afgekalfd. Is de verwachte Temperatuur Relatieve luchtvochtigheid (THI) 68 of meer? Dan mag u de koeien overdag binnen houden. Wat de verwachte THI is? Dat leest u op Hittestress Check & Advies.

U houdt een weidekalender bij. Daar zet u van te voren in op welke datum en tijdstip u uw koeien gaat weiden. Kan uw melkvee vrij uitlopen? Dan is maximaal 25% van uw melkvee tijdens de opgeschreven weide-uren in de stal. U bewaart de kalender minstens 5 jaar. Heeft u dag en nacht beweiding opgegeven in de Gecombineerde opgave? Dan mag u deze activiteit tot uiterlijk 1 oktober 2023 wijzigen naar overdag beweiding. Deze activiteit geldt voor al uw grasland, behalve de bufferstroken die u gebruikt voor de activiteit bufferstroken met kruiden. Deze bufferstroken tellen niet mee omdat ze niet beweid mogen worden. U tekent deze als apart perceel in.

Controle op weidegang

Vanaf 2024 besteedt RVO de controle op weidegang uit aan een externe partij. Zij zullen zorgen voor een certificerings- en controlesysteem. En hebben ook het contact met de melkveehouder over deze eco-activiteit. U kunt de certificering en controle ook uitvoeren met uw bedrijf. In 2024 kunt u zich aanmelden voor de controle in 2025.

Met een bufferstrook met kruiden zorgt u voor meer biodiversiteit en een betere waterkwaliteit.

U heeft een bufferstrook met kruiden langs bouwland (behalve tijdelijk grasland) of langs een perceel blijvende teelt. De bufferstrook is minimaal 3 en maximaal 12 meter breed. Van 1 juni tot 1 oktober is de bufferstrook voor minimaal 25% zichtbaar bedekt met kruiden en vlinderbloemige gewassen. De kruiden en vlinderbloemigen zijn gelijkmatig verdeeld over de bufferstrook. U bemest de bufferstrook niet en gebruikt geen chemische gewasbeschermingsmiddelen. En u beweidt of oogst de bufferstrook niet. U mag de bufferstrook wel beheren met maaien en afvoeren.

Doet u mee met de eco-regeling en zet u groene braak en/of bufferstroken in als eco-activiteit? En heeft u minder dan 4% van uw bouwland niet-productief gelaten? Dan krijgt u voor deze eco-activiteit groene braak en bufferstroken wel de punten, maar niet de waarde, als die activiteit nodig is om te voldoen aan de 4% eis. Houd daar rekening mee bij het invullen van de Simulatietool en de aanmelding. Kiest u deze activiteit? Dan moet u deze (voor een deel) doen op een verplichte bufferstrook.

Lees meer over bufferstroken op Alles over bufferstroken.

Met een bufferstrook met kruiden zorgt u voor meer biodiversiteit en een betere waterkwaliteit.

U heeft een bufferstrook met kruiden langs een perceel met grasland. De bufferstrook is minimaal 3 en maximaal 12 meter breed. Van 1 juni tot 1 oktober is de bufferstrook voor minimaal 25% zichtbaar bedekt met kruiden en vlinderbloemige gewassen. De kruiden en vlinderbloemigen zijn gelijkmatig verdeeld over de bufferstrook. U gebruikt geen chemische gewasbeschermingsmiddelen en mest op de bufferstrook. Beweiden of oogsten zijn niet toegestaan. U mag de bufferstrook wel beheren met maaien en afvoeren.

Doet u mee met de eco-regeling en zet u groene braak en/of bufferstroken in als eco-activiteit? En heeft u minder dan 4% van uw bouwland niet-productief gelaten? Dan krijgt u voor deze eco-activiteit groene braak en bufferstroken wel de punten, maar niet de waarde, als die activiteit nodig is om te voldoen aan de 4% eis. Houd daar rekening mee bij het invullen van de Simulatietool en de aanmelding. Kiest u deze activiteiten? Dan moet u deze (voor een deel) doen op een bufferstrook.

Lees meer over bufferstroken op Alles over bufferstroken.

Met groene braak zorgt u voor meer biodiversiteit en minder milieubelasting.

U heeft groene braak op bouwland. Uw perceel is voor minimaal 80% zichtbaar bedekt van 31 mei tot en met 31 augustus. Door bijvoorbeeld een kruidenmengsel in te zaaien of spontane opkomst. U mag voor een periode van minimaal 6 maanden achter elkaar geen chemische gewasbeschermingsmiddelen en mest gebruiken. En u mag het gewas niet beweiden en niet oogsten. U kunt deze eco-activiteit ook doen op een akkerrand. Maar niet op een verplichte bufferstrook. De akkerrand is minimaal 3 meter breed.

Doet u mee met de eco-regeling en zet u groene braak en/of bufferstroken in als eco-activiteit? En heeft u minder dan 4% van uw bouwland niet-productief gelaten? Dan krijgt u voor deze eco-activiteit groene braak en bufferstroken wel de punten, maar niet de waarde, als die activiteit nodig is om te voldoen aan de 4% eis. Houd daar rekening mee bij het invullen van de Simulatietool en de aanmelding.

In het document Gewascodes en gewassen eco-activiteiten leest u welke gewassen meetellen voor deze eco-activiteit.

Met landschapselementen zorgt u voor meer biodiversiteit en een aantrekkelijk landschap.

U heeft een lijnvormige heg, haag of struweel op of naast landbouwgrond. Een heg, haag of struweel bestaat uit inheemse struiken aan elkaar en daartussen staan geen bomen. U houdt het element en de vorm ervan het hele jaar in stand door te snoeien wanneer dat nodig is. U mag niet snoeien in het broedseizoen van 15 maart tot en met 15 juli. Maar ook niet als vogels buiten deze periode broeden.

U heeft een houtig element (zoals houtwallen en bomen) op of naast landbouwgrond. Dit is het hele jaar aanwezig, van 1 januari tot en met 31 december. U mag niet snoeien in het broedseizoen van 15 maart tot en met 15 juli. Maar ook niet als vogels buiten deze periode broeden.

Met de eco-activiteiten gaan we samen voor een duurzame landbouw. Is uw bedrijf op 15 mei helemaal Skal-gecertificeerd of in omschakeling? Dan bent u vrijgesteld van de eco-activiteiten en heeft u sowieso recht op eco-premie goud. U geeft dan deze eco-activiteit op.

Is niet uw hele bedrijf Skal-gecertificeerd? Dan berekenen we de eco-premie zoals bij niet-biologische bedrijven. U doet op de niet-biologische percelen andere eco-activiteiten. Op uw biologische percelen kunt u ook andere activiteiten doen.