Kleinklauwotter

Gepubliceerd op:
30 november 2023

Dit dier staat niet op de huis- en hobbydierenlijst.

Hieronder leest u de beoordeling over dit dier.

Algemene informatie

Algemene informatie (Larivière & Jennings, 2009; Wilson & Reeder, 2005; Wright et al., 2015)
Familie Mustelidae
Subfamilie Lutrinae
Genus Aonyx
Soort Aonyx cinerea
Gedomesticeerd Nee
Kruising Nee
Volwassen grootte
  • Kop-romp: 36-46,8 cm
  • Staart: 22,5-27,5 cm
Gewicht 2,4-3,8 kg
Dieet Carnivoor
Natuurlijke leefomgeving
  • Verspreiding: Grote delen van Zuidoost-Azië tot enkele gebieden in India, Nepal en het zuiden en zuidoosten van China.
  • Habitat: Langs meren, rivieren, in kustgebieden, wetlands, moerassen, mangroven en rijstvelden.
Levensverwachting 11 jaar
IUCN-status "Vulnerable"
CITES Bijlage A

Risicoklasse E

Bij de kleinklauwotter zijn in vier risicocategorieën voor “gezondheid en welzijn dier” één of meerdere risicofactor(en) vastgesteld. Hierdoor valt de kleinklauwotter in risicoklasse E.

Samenvatting beoordeling van de kleinklauwotter

Indien er sprake is van één of meerdere relevante ernstige zoönose(n) die slechts met gespecialiseerde maatregelen beheersbaar is/zijn wordt de risicofactor aangekruist (!), maar telt deze niet mee in de eindscore. Indien er sprake is van een relevante ernstige zoönose die niet of nauwelijks beheersbaar is of er sprake is van risico op ernstige letselschade komt de diersoort direct onder risicoklasse F te vallen (XF). Indien de risicofactor van toepassing is, wordt deze aangekruist (X).

Gezondheid mens
Risicocategorie Van toepassing Toelichting
Zoönosen ! (signalerend) Er is geen wetenschappelijke literatuur gevonden over het aan- of afwezig zijn van (zeer) hoog-risico zoönotische pathogenen. Bij de sympatrische en aanverwante soort binnen dezelfde subfamilie (Lutrinae) de Euraziatische otter (Lutra lutra) is het hoog-risico zoönotische pathogeen Leptospira spp. (Fennestad & Borg-Petersen, 1972) aangetoond. Dit leidt tot een signalerende toepassing van deze risicofactor.
Letselschade   De risicofactor in deze risicocategorie is niet van toepassing.

 

Gezondheid en welzijn dier
Risicocategorie Van toepassing Toelichting
Voedselopname X Kleinklauwotters moeten dagelijks langdurig foerageren.
Ruimtegebruik/veiligheid X
  • Kleinklauwotters gebruiken een afgezonderde nestplaats.
  • Kleinklauwotters hebben zwemwater nodig.
Thermoregulatie X De kleinklauwotter is aangepast aan een tropisch klimaat.
Sociaal gedrag X
  • Kleinklauwotters hebben een monogame en paarsgewijze leefwijze.
  • Kleinklauwotters hebben een dominantiehiërarchie met despotische kenmerken.

Beoordeling per risicofactor

Risico's voor de mens

Zoönosen
Risicofactor Van toepassing Toelichting
LG1 ! (signalerend) Er is geen wetenschappelijke literatuur gevonden over het aan- of afwezig zijn van (zeer) hoog-risico zoönotische pathogenen. Bij de sympatrische en aanverwante soort binnen dezelfde subfamilie (Lutrinae) de Euraziatische otter (Lutra lutra) is het hoog-risico zoönotische pathogeen Leptospira spp. (Fennestad & Borg-Petersen, 1972) aangetoond. Dit leidt tot een signalerende toepassing van deze risicofactor.

 

Letselschade
Risicofactor Van toepassing Toelichting
LG2   Op basis van de grootte van de kleinklauwotter (Larivière & Jennings, 2009) is het niet aannemelijk dat de dieren ernstig letsel zullen veroorzaken bij de mens. Deze risicofactor is daarom niet van toepassing.

Risico's voor dierenwelzijn/diergezondheid

Voedselopname
Risicofactor Van toepassing Toelichting
V1   De kleinklauwotter is een carnivoor (Larivière & Jennings, 2009). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing.
V2   De kleinklauwotter heeft geen hypsodonte gebitselementen (Hussain et al., 2011). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing.
V3 X Kleinklauwotters besteden dagelijks 40-60% van hun actieve periode aan foerageren (Heap et al., 2008). Kleinklauwotters foerageren in groepsverband en zijn actieve jagers (Borgwardt & Culik, 1999; Larivière & Jennings, 2009; Ti
V4   Het dieet van kleinklauwotters bestaat uit een breed scala aan dierlijke prooien, zoals krab, vis, slangen, kleine zoogdieren en ongewervelden (Foster-Turley, 1992b; Hon et al., 2010; Hussain et al., 2011; Kanchanasaka & Duplaix, 2011). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing.

 

Ruimtegebrek/veiligheid
Risicofactor Van toepassing Toelichting
R1   Er is geen wetenschappelijke literatuur gevonden over de home range grootte van kleinklauwotters. Uit gedetailleerd gedragsonderzoek is niet gebleken dat kleinklauwotters langs de grenzen van hun territorium patrouilleren of markeren (Foster-Turley, 1992a; Jordaan et al., 2007; Larivière & Jennings, 2009). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing.
R2 X Kleinklauwotters gebruiken een afgezonderde nestplaats voor het werpen en grootbrengen van jongen (Prima, 1992; Timmis, 1971). Deze risicofactor is daarom van toepassing.
R3   Er is geen wetenschappelijke literatuur gevonden over een sterke, blindelingse vluchtreactie, maar het bestaan hiervan wordt niet aannemelijk geacht gezien de positie als predator binnen de voedselketen (Larivière & Jennings, 2009). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing.
R4   Kleinklauwotters gebruiken natuurlijke schuilplaatsen (Foster-Turley, 1992b) en zijn nauwelijks in staat om te graven (Sivasothi & Nor, 1994). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing.
R5 X Kleinklauwotters leven semi-aquatisch. Kleinklauwotters jagen in het water en verblijven hier een groot deel van de dag (Hussain et al., 2011; Larivière & Jennings, 2009). Deze risicofactor is daarom van toepassing.

 

Thermoregulatie
Risicofactor Van toepassing Toelichting
T1 X

Kleinklauwotters leven in een tropisch klimaat (Larivière & Jennings, 2009; Schultz, 2005). De gemiddelde maandelijkse temperatuur komt niet onder de 18 °C. In de warmste maanden ligt de gemiddelde temperatuur rond de 30 °C met maximumtemperaturen van boven de 40 °C. De gemiddelde jaarlijkse neerslaghoeveelheid varieert van 500-1500 mm in gebieden met een regenseizoen in de zomer tot 2000-4000 mm in tropisch regenwoudgebieden met jaarrond regen. Het tropisch regenwoud heeft een zeer hoge luchtvochtigheid van 90-100% (Schultz, 2005). De kleinklauwotter heeft een thermoneutrale zone boven de 16 °C (Borgwardt & Culik, 1999; Pfeiffer & Culik, 1998).

De kleinklauwotter is aangepast aan een tropisch klimaat. Deze risicofactor is daarom van toepassing.

T2   Uit gedetailleerd gedragsonderzoek is niet gebleken dat kleinklauwotters gebruik maken van een speciale zoel-, koel- of opwarmplaats (Borgwardt & Culik, 1999; Hussain et al., 2011; Larivière & Jennings, 2009; Pfeiffer & Culik, 1998). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing.
T3   Kleinklauwotters zijn jaarrond actief (Aadrean & Usio, 2017). Deze risicofactor is daarom niet van toepassing.

 

Sociaal gedrag
Risicofactor Van toepassing Toelichting
S1 X Kleinklauwotters hebben een monogame en paarsgewijze leefwijze (Larivière & Jennings, 2009). Deze risicofactor is daarom van toepassing.
S2 X De basis sociale unit van kleinklauwotters is een paar met meerdere generaties jongen (Larivière & Jennings, 2009). Dit paar is dominant over de jongen (Heap et al., 2008). Er is sprake van een dominantiehiërarchie met despotische kenmerken. Deze risicofactor is daarom van toepassing.
S3   Vrouwtjes zijn poly-oestrisch en kunnen 2 keer per jaar werpen. Vrouwtjes zijn ongeveer 60 dagen drachtig en krijgen per worp gemiddeld 4 jongen (Larivière & Jennings, 2009). Kleinklauwotters hebben geen grote kans op overbevolking. Deze risicofactor is daarom niet van toepassing.

Verwijzingen

Aadrean, A., & Usio, N. (2017). Small-clawed Otters (Aonyx cinereus) in Indonesian Rice Fields: Latrine Site Characteristics and Visitation Frequency. Ecological Research, 32, 899-908. doi:https://doi.org/10.1007/s11284-017-1496-6

Borgwardt, N., & Culik, B. (1999). Asian small-clawed otters (Amblonyx cinerea): resting and swimming metabolic rates. Journal of Comparative Physiology B, 169, 100-106.

Fennestad, K. L. & Borg-Petersen, C. (1972). Leptospirosis in Danish wild mammals. Journal of Wildlife Diseases. 8(4). 343-351.

Foster-Turley, P. (1992a). Conservation aspects of the ecology of Asian small-clawed and smooth otters on the Malay Peninsula. IUCN Otter Specialist Group Bulletin, 7, 26-29.

Foster-Turley, P. (1992b). Conservation ecology of sympatric Asian otters Aonyx cinerea and Lutra perspicillata. Florida: University of Florida.

Heap, C., Wright, L., & Andrews, L. (2008). Summary of Husbandry Guidelines for Asian Small-clawed Otters in Captivity. IUCN/SCC Otter Specialist Group, Otters in Captivity Task Force.

Hon, N., Neak, P., Khov, V., & Cheat, V. (2010). Food and habitat of Asian small-clawed otters in northeastern Cambodia. IUCN Otter Specialist Group Bulletin, 27(1), 12-23.

Hussain, S., Gupta, S., & De Silva, P. (2011). Biology and ecology of Asian small-clawed otter Aonyx cinereus: A review. IUCN Otter Specialist Group Bulletin, 28(2), 63-75.

Jordaan, R., Somers, M., & McIntyre, T. (2007). Dancing to the Message: African Clawless Otter Scent Marking Behaviour. Hystrix the Italian Journal of Mammalogy, 28(2), 277-279.

Kanchanasaka, B., & Duplaix, N. (2011). Food Habits of the Hairy-nosed otter (Lutra sumatrana) and the Small-clawed otter (Aonyx cinereus) in Pru Toa Daeng Peat Swamp Forest, Southern Thailand. IUCN Otter Specialist Group Bulletin, 28(A), 139-161.

Larivière, S., & Jennings, A. P. (2009). Family Mustelidae (Weasels and relatives). In D. E. Wilson, & R. A. Mittermeier, Handbook of the Mammals of the World. Vol. 1. Carnivores (pp. 564-658). Barcelona: Lynx Edicions.

Pfeiffer, P., & Culik, B. (1998). Energy metabolism of underwater swimming in river otters (Lutra lutra L.). Journal of Comparative Physiology B, 168(2), 143-148.

Prima, C. (1992). Weaning behaviour in the Oriental small-clawed otter at the National Zoological Park, Washington, DC. International Zoo Yearbook, 31(1), 245-250.

Schultz, J. (2005). The ecozones of the world, the ecological divisions of the geosphere. Aachen, Germany: Springer.

Sivasothi, N., & Nor, B. (1994). A review of otters (Carnivora: Mustelidae: Lutrinae) in Malaysia and Singapore. Hydrobiologia, 285, 151-170.

Timmis, W. (1971). Observations on breeding the Oriental short-clawed otter at Chester Zoo. International Zoo Yearbook, 11(1), 109-111.

Wilson, D., & Reeder, D. (2005). Mammal species of the world. A taxonomic and geographic reference (3rd ed). Opgehaald van Mammal species of the world: https://www.departments.bucknell.edu/biology/resources/msw3/

Wright, L., de Silva, P., Chan, B., & Reza Lubis, I. (2015). Asian Small-clawed Otter. doi:10.2305/IUCN.UK.2015-2.RLTS.T44166A21939068.en

Bent u tevreden over deze pagina?