Open voor aanvragen

Voorwaarden Energie-investeringsaftrek (EIA)

Gepubliceerd op:
24 december 2018
Laatst gecontroleerd op:
16 februari 2024

De Energie-investeringsaftrek (EIA) is een regeling voor ondernemers die onder de  inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting vallen. Een belangrijke voorwaarde is dat de energie-investering (bedrijfsmiddel) op de Energielijst moet staan. Op deze pagina leest u alle voorwaarden van de EIA.

De voorwaarden zijn:

  • U meldt de investering op tijd: de hoofdregel is binnen 3 maanden nadat u de investeringsverplichting voor het bedrijfsmiddel bent aangegaan.
  • U bent ondernemer in Nederland, Aruba, Curaçao, Sint Maarten of een van de BES-eilanden (Bonaire, Sint Eustatius en Saba). De regeling is niet voor particulieren.
  • U valt onder de inkomsten- of vennootschapsbelasting.
  • U doet een investering in een bedrijfsmiddel dat op de Energielijst staat.
  • Het bedrijfsmiddel voldoet aan de eisen van de Energielijst.
  • Het meldingsbedrag voor aangegane verplichtingen en gemaakte voortbrengingskosten samen is per melding ten minste € 2.500.
  • Het maximale meldingsbedrag per kalenderjaar per bedrijf is maximaal € 136 miljoen (Energielijst 2023) en € 149 miljoen (Energielijst 2024). 
  • Indien nodig levert u een bewijs aan van de vereiste vergunningen en certificaten.
  • Het bedrijfsmiddel is niet eerder gebruikt.

Welke kosten komen in aanmerking?

De volgende kosten van de energie-investering komen in aanmerking voor de EIA:

Aanschafkosten

  • Aankoopsom van (onderdelen van) bedrijfsmiddelen op de Energielijst.
  • Kosten voor voorzieningen die technisch noodzakelijk zijn voor deze bedrijfsmiddelen. En die u alleen dáárvoor gebruikt. Bijvoorbeeld: leidingen, appendages en meet- en regelapparatuur.
  • Kosten die u betaalt aan derden om het bedrijfsmiddel bedrijfsklaar te krijgen. Bijvoorbeeld: montagekosten.
  • Omzetbelasting die u aan leveranciers betaalt als u de omzetbelasting niet kunt verrekenen.

Voortbrengingskosten

  • Arbeidskosten van uw eigen werknemers, ingehuurde medewerkers en loonwerkers, die het bedrijfsmiddel produceren of installeren.
  • Kosten voor materialen uit uw magazijn. Of onderdelen van het bedrijfsmiddel die onder uw regie worden gekocht en geïnstalleerd.
  • Omzetbelasting die u aan leveranciers betaalt als u de omzetbelasting niet kunt verrekenen.

Kosten van aanpassingen aan bestaande bedrijfsmiddelen

  • Aanschaf- en montagekosten voor nieuwe materialen.
  • Montagekosten voor gebruikte materialen.

Advieskosten

Een energieadvies of een maatwerkadvies is iets voor u, als u wilt weten wat uw mogelijkheden zijn voor het verbeteren van de energie-efficiëntie van een bestaand bedrijfsgebouw. Investeert u in een bedrijfsmiddel uit zo'n advies? En voldoet dit bedrijfsmiddel aan de EIA-eisen? Dan kunt u ook de advieskosten meenemen in uw EIA-aanvraag voor dit bedrijfsmiddel. Hiervoor geldt:

  • Het energieadvies verkent de mogelijkheden om de energie-efficiëntie van uw bestaande bedrijfsgebouw of bedrijfsproces te verbeteren. Het energieadvies moet voldoen aan de voorwaarden van hoofdstuk 3 (onder G, punt a) van de Energielijst. 
  • Het maatwerkadvies verkent de mogelijkheden om de energie-efficiëntie van uw bestaande bedrijfsgebouw te verbeteren volgens de ISSO 75.2. Het maatwerkadvies moet voldoen aan de voorwaarden van hoofdstuk 3 (onder G, punt b) van de Energielijst.    

Bekijk de voorwaarden in hoofdstuk 3, onder G van de Energielijst.

Welke kosten komen niet in aanmerking?

De volgende kosten van de energie-investering komen niet in aanmerking voor de EIA:

  • Kosten voor bedrijfsmiddelen die eerder zijn gebruikt.
  • Kosten voor grond, woningen, personenauto's en vaartuigen die een andere bestemming hebben dan: beroepsvervoer, dieren, effecten, vorderingen, goodwill, vergunningen, ontheffingen, concessies en andere publiekrechtelijke dispensaties.
  • Onderhoudskosten.

Wanneer melden?

U moet het bedrijfsmiddel op tijd melden: binnen 3 maanden nadat u de investeringsverplichting voor het bedrijfsmiddel bent aangegaan. Dit is het moment waarop u een opdracht heeft gegeven of een bestelling heeft gedaan. Dit geldt voor de aanschafkosten.

Voor de voortbrengingskosten geldt dat u deze moet melden binnen 3 maanden na het einde van het kalenderkwartaal waarin u de voortbrengingskosten heeft gemaakt (betaalmoment). Maakte u de voortbrengingskosten in hetzelfde kwartaal als waarin het bedrijfsmiddel in gebruik is genomen? Dan moet u deze kosten melden binnen 3 maanden na de ingebruikname.

Uw investering niet op Energielijst?

Levert uw investering wel energiebesparing op, maar staat deze niet op de Energielijst? Kijk dan of u de investering kunt melden onder een zogenoemde generieke code.

In opdracht van:
  • Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Bent u tevreden over deze pagina?